A. Notatie-taal-betekenis (1F)
Paraat hebben
Meetinstrumenten aflezen en uitkomsten noteren: weegschaal
Weten waarom
Gebruik referentiematen: 1 kg = ongeveer 5 appels.
B. Verbanden (1F)
Functioneel gebruik
Samenhang tussen de standaardmaten: kg-g-mg
Maten vergelijken en ordenen
C. Gebruiken (1F)
Functioneel gebruik
Omrekenen van maten
A. Notatie-taal-betekenis (1S)
Paraat hebben
ton = 1000 kg
Kennen van voorvoegsels kilo-centi-milli
B. Verbanden (1S)
Functioneel gebruik
Samenhang tussen standaardmaten met terugrekenen. Ook in complexe situaties en decimale getallen. Voorbeeld: Is 1750 g meer of minder dan 1,7 kg?
Weten waarom
Structuur en samenhang metriek stelsel
Decimaal structuur metriek stelsel